Programma 3

Ruimtelijke en economische ontwikkelingen

In 2015 zijn de eerste stappen gezet om Appelscha in de top 10 van de nationale toeristische attracties te positioneren. De inwoners krijgen hierdoor meer recreatieve mogelijkheden in hun woonomgeving. Ook verwachten we dat de komende jaren het aantal banen in de toeristische sector toeneemt. Maar we doen meer dingen om de werkgelegenheid te vergroten, denk aan de Biobased Economy en het bevorderen van samenwerking tussen ondernemers.

Begroot € 2.215
Realisatie € 2.236
Resultaat € -21

Thema's

Ruimtelijke & Economische ontwikkeling

Wat willen we bereiken?

In het Masterplan Appelscha heeft de gemeente haar ambitie omschreven. Binnen tien jaar willen we Appelscha in de top 10 van de nationale toeristische attracties positioneren. Het werkgelegenheidsaandeel van de toeristische sector breiden we uit van 13% naar 20% in de komende 10 jaar.

Wat hebben we bereikt?

In 2015 zijn de eerste stappen gezet voor een top 10 notering van de nationale toeristische attracties.  

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Het Masterplan Appelscha is opgesteld. Hierin staat de ambitie en worden concrete projecten benoemd. Daarnaast heeft de Streekagenda ZO Fryslân het Uitvoeringsprogramma Recreatie en Toerisme Zuidoost Friesland vastgesteld. Er is actief ingezet op een nieuw samenwerkingsverband tussen ondernemers in Appelscha en zijn er een tiental toeristische bedrijven bezocht. De ontwikkeling van een nieuw wandelknooppuntennetwerk is uitgewerkt én uitgevoerd. Ook via het Marketingplan Turfroute zijn verschillende projecten uitgevoerd.

Wat merkt de inwoner ervan?

De inwoners krijgen meer recreatieve mogelijkheden in de woonomgeving. Er ontstaat een sterker recreatief product, gedragen door inwoners, ondernemers en verenigingen. De komende jaren groeit het aantal banen in de toeristische sector en ook de omzet groeit door een toename van het aantal toeristen.

Wat willen we bereiken?

We willen een zichtbaar en onderscheidend profiel dat inwoners en bedrijfsleven inspireert tot een duurzame samenleving. Kernwaarden van deze samenleving is de nieuwe circulaire economie, gebaseerd op kringlopen, onderlinge netwerken, innovatie en verbindingen met onderwijs en onderzoek.

Wat hebben we bereikt?

In november 2015 is de nota van uitgangspunten vastgesteld. Deze dient als eerste aanzet voor de strategische visie BBE. Er zijn workshops georganiseerd met de sectoren en het onderwijs. Die worden gebruikt als verdere input voor de uitwerking van de visie en het latere programmaplan.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

We zijn in gesprek geweest met de markt en het onderwijs om input te krijgen voor de strategische visie BBE. Dit is ook verwerkt.

Wat merkt de inwoner ervan?

In de visie laten we onze inwoners zien waar we naartoe willen met de Biobased Economy. Volgend op deze visie ontstaat een uitvoeringsprogramma met daarin concrete projecten waarmee de samenleving (ondernemers, onderwijs, inwoners) aan de slag gaat. Deze projecten stimuleren extra arbeidsplaatsen, bevorderen de leefbaarheid van onze gemeente en stimuleren tegelijkertijd een transitie naar de Biobased Economy.

Wat willen we bereiken?

Binnen de wettelijke kaders bieden we ondernemers optimale ruimte. We willen de werkgelegenheid en arbeidsparticipatie in de gemeente uitbreiden.

Wat hebben we bereikt?

De samenwerking tussen ondernemers is versterkt. Dit blijkt uit verschillende ondernemersinitiatieven, waaronder de E-motiondag op de Boerestreek. Er zijn tientallen werkplekken gecreëerd bij bestaande bedrijven voor mensen met een bijstandsuitkering. Daarnaast zijn er eerste werkplekken voor mensen met een beperking gecreëerd.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Er is actief gezocht naar plaatsingsmogelijkheden voor mensen met een bijstandsuitkering. Omdat de gemeente nu verantwoordelijk is voor het sociale domein, werd de opdracht verbreed naar mensen met een beperking op de arbeidsmarkt (onder andere ex-Wajong). Dit vraagt veel meer aandacht bij de benadering van bedrijven voor begeleiding van deze doelgroepen. We boekten al successen, maar er moet nog meer ervaring worden opgedaan.

De in 2014 opgerichte manifestgroep, die bestaat uit ondernemers en de gemeente, heeft haar plannen grotendeels uitgevoerd in 2015. De gemeente speelde daarbij vooral een stimulerende en verbindende rol. Er zijn door het college bedrijfsbezoeken gedaan en elke maand verscheen er een ondernemersnieuwsbrief.

Wat merkt de inwoner ervan?

Ondernemers voelen zich gesteund door de gemeente. Inwoners, ook mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt, hebben meer kans op een baan.

Openbare ruimte - Verkeer en wegen

Wat willen we bereiken?

De gemeente onderhoudt wegen op basisniveau. Dit houdt in dat we de levensduur van de wegen zo lang mogelijk verlengen, zonder dat het leidt tot (meer) onveilige situaties en mogelijke aansprakelijkheidsstellingen. Bij verkeersknelpunten willen we, naast de verkeersveiligheid, ook de doorstroming van het verkeer waarborgen op gemeentelijke en provinciale wegen binnen onze gemeente.

Wat hebben we bereikt?

De gemeente heeft de wegen op het vastgestelde niveau onderhouden. De levensduur van de wegen is zo lang mogelijk verlengd zonder dat dit voor (meer) onveilige situaties en mogelijke aansprakelijkheidsstellingen leidde.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

  • In 2015 inspecteerden we alle gemeentelijke wegen. Op basis van deze inspectieresultaten stellen we de MOP (MeerjarenOnderhoudsPlanning) wegen 2016-2020 op;
  • De wegen die in aanmerking komen voor belijning en/of bermverharding zijn ter besluitvorming voorgelegd. Bij de totstandkoming van deze lijst zijn de Plaatselijk Belangen betrokken. De werkzaamheden voor 2015 zijn uitgevoerd;
  • De besluitvorming voor de herinrichting van de Nanningaweg fase 3 is afgerond. In 2016 starten we met de voorbereiding en uitvoering;
  • We hebben twee smileys aangeschaft die we roulerend inzetten op locaties waar te hard wordt gereden.

Wat merkt de inwoner ervan?

Op dit moment zijn de wegen over het algemeen in aanvaardbare staat. Maar het aantal wegen waarvan de kwaliteit afneemt, neemt toe. Ook het aanzien en comfort worden minder. Het is zichtbaar dat op meerdere locaties belijning is aangebracht en dat wegbermen zijn verbeterd. Ook is merkbaar dat de bereikbaarheid van bedrijven, instellingen en dorpen goed en veilig blijft.

Milieu

Wat willen we bereiken?

We willen een duurzame, CO2-neutrale gemeente zijn in 2030.

Wat hebben we bereikt?

Honderd huishoudens namen deel aan het project “goed voorbeeld doet goed volgen”. Aan de derde ronde van het koploperproject in Ooststellingwerf deden tien bedrijven mee. Met het Haerenkwartier is overeenstemming over de plaatsing van afvalbakken voor hondenpoep. Ook Oosterwolde Noord Oost heeft hier belangstelling voor. De E-motiondag over bewustwording van elektrisch vervoer is goed bezocht en positief in het nieuws geweest. Tijdens de Dag van de Duurzaamheid brachten we energiebesparing, duurzame energie en fairtrade onder de aandacht.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Er zijn activiteiten en bijeenkomsten georganiseerd, waaronder een energiemarkt en energiecafé. Voor de deelnemers van het koploperproject was er een terugkoppelingsbijeenkomst bij één van de deelnemende bedrijven. In oktober is, samen met ondernemers in Appelscha, een E-motiondag georganiseerd om inwoners te informeren over elektrisch vervoer. Op de Dag van de Duurzaamheid organiseerden we samen met de Stichting Ontwikkelingssamenwerking een fairtrade ontbijt en zijn er twee presentaties verzorgd. Bij drie lokale ondernemers zijn offertes gevraagd voor de plaatsing van zonnepanelen op de gemeentewerf.

Wat merkt de inwoner ervan?

Duurzame energie is zichtbaarder door de toename van zonnepanelen op daken. Er zijn meer mogelijkheden om gebruik te maken van (subsidie voor) isolatie en duurzame energie. Ook konden inwoners meedoen aan activiteiten binnen het project “goed voorbeeld doet goed volgen”.

Wat willen we bereiken?

Uiterlijk in 2020 hergebruiken we 75% van ons afval. We sluiten aan bij de doelstellingen van het Rijk.

Wat hebben we bereikt?

Uit de voorlopige inzamelgegevens 2015 blijkt dat er circa 1800 ton groente fruit en tuinafval gescheiden is ingezameld, dat is ruim 11% meer dan in 2014. Het aanbod restafval is met eenzelfde percentage gedaald naar ruim 4500 ton (2014: 5100 ton). Gescheiden inzameling is verbeterd waardoor er meer hergebruik is. Het hergebruikpercentage is op dit moment nog niet geheel duidelijk, maar zal naar verwachting in 2015 op ongeveer 68% uitkomen (2014: 67%).

Wat hebben we daarvoor gedaan?

We verlaagden het aanbiedtarief voor de groene container van € 2,75 naar € 1, - per aanbieding.

Wat merkt de inwoner ervan?

Door de verlaging van het aanbodtarief voor de groene container en omdat de tarieven vast en variabel voor de grijze container niet zijn verhoogd, is er een lastenverlaging voor de inwoner. De verbeterde scheiding van afval leidt tot lagere kosten voor afvalstoffenheffing.

Bouwen & Wonen

Wat willen we bereiken?

We behouden en ontwikkelen de leefbaarheid in de dorpen. Er is een goede verdeling van de maatschappelijke voorzieningen in onze gemeente, waarbij we rekening houden met de demografische ontwikkelingen en de behoefte in de vier gebieden. We versterken de verantwoordelijkheid en zelfwerkzaamheid vanuit de lokale gemeenschappen.

Wat hebben we bereikt?

We zijn in gesprek met de vier regio’s. Er zijn afspraken gemaakt over de procedure en de inhoud van het overleg. Het betreft een bestuurlijk overleg op beleidsvormend niveau. De regio’s pakken vooral hun adviserende rol op. Vanaf 2016 vindt het overleg per regio twee keer per jaar plaats. Naast deze overleggen heeft de dorpencoördinator regelmatig contact met de besturen Plaatselijk Belang.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

In april 2015 hebben we in het OPO de PB-en van de vier regio’s voorgelegd hoe wij de invulling van dit overleg zien. De vergadering stemde hiermee in.

Wat merkt de inwoner ervan?

Het platform wordt een pijler om de leefbaarheid te borgen en waar mogelijk te versterken.

Wat willen we bereiken?

We hebben een woningvoorraad die aansluit bij de levensfase en portemonnee van onze bewoners. Wij realiseren alleen nieuwbouw bij aantoonbare vraag.

Wat hebben we bereikt?

Op 1 juli 2015 is de nieuwe Woningwet in werking getreden, die de verhouding tussen de gemeente en de woningbouwcorporaties regelt. De vrijheid van de corporaties is beperkt en de regie door de gemeente versterkt. De prestatieafspraken met de woningbouwcorporaties zijn nagekomen. Afgesproken is dat de prestatieafspraken van 2015 een vervolg krijgen in 2016. De doorwerking van de nieuwe Woningwet implementeren we dan in 2017.

Het Woonplan 2011-2020 is geëvalueerd. Dit leidde tot het voornemen om een nieuwe woonvisie te maken in 2016. Deze wordt samen met de corporaties opgesteld en breed opgezet. De gemeente wil tot het kernwerkgebied van Actium (Drenthe) blijven behoren, waardoor deze corporatie in onze gemeente kan blijven investeren.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

In voorbereiding op de nieuwe woonvisie zijn er drie discussieavonden geweest met de raad. Dit ging over de gevolgen van de demografische ontwikkeling in onze gemeente. Daarnaast is er een informatieve bijeenkomst geweest over de werking van de nieuwe Woningwet. De Streekagenda ZO Fryslân heeft een regionaal onderzoek laten uitvoeren naar de woningkwaliteit in de regio. De resultaten gebruiken we bij het opstellen van de woonvisie.

In de vier regio-overleggen is aangegeven dat het huisvestingsbeleid zich in de toekomst richt op de bestaande woningvoorraad in plaats van uitbreiding daarvan.

Wat merkt de inwoner ervan?

De sociale huisvesting staat onder regie van de corporaties. Zij hebben hun eigen beleid dat zij in samenspraak met hun huurders uitvoeren. Zij doen dat naar onze overtuiging op verantwoorde wijze. Pas na de implementatie van de nieuwe Woningwet en woonvisie, zal blijken hoe inwoners eventueel op de veranderende woningmarkt reageren.

Wat willen we bereiken?

We willen een adequaat toetsingskader voor initiatieven van bedrijven en particulieren. Uiterlijk maart 2016 is het Bestemmingsplan Buitengebied geactualiseerd, mits er geen beroep bij de Raad van State wordt ingesteld. Voor het hele grondgebied van onze gemeente hebben we dan actuele en digitaal beschikbare bestemmingsplannen en beheersverordeningen.

Wat hebben we bereikt?

Het actualisatieproces van de verouderde bestemmingsplanvoorraad is in principe afgerond. Begin 2016 wordt er, volgens planning, een nieuw bestemmingsplan voor het landelijke gebied voor vaststelling voorgelegd. De oriëntatie op de nieuwe Omgevingswet, die naar verwachting in 2018 wordt ingevoerd, heeft voortdurende aandacht. De Omgevingswet beoogt een integratie van alle kaders op het gebied van de fysieke leefomgeving zoals bestemmingsplannen, APV, kapverordening, beheer en onderhoud. In 2016 wordt in OWO-verband een begin gemaakt met een plan van aanpak.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

De inspraakreacties op het voorontwerpbestemmingsplan Buitengebied zijn verwerkt. Indieners zijn persoonlijk geïnformeerd over de gemeentelijke reactie op de ingebrachte inspraakreacties. Vervolgens is er een ontwerpbestemmingsplan opgesteld. Men kon reageren op dit ontwerpplan. De reacties zijn verwerkt. Ook is er een PlanMER opgesteld. Deze lag samen met het ontwerp bestemmingsplan ter inzage. De PlanMER maakt integraal onderdeel uit van het bestemmingsplan en wordt bij de besluitvorming betrokken. Voor de nieuwe Omgevingswet wordt in OWO-verband een projectgroep samengesteld waarin diverse disciplines zitting nemen.

Wat merkt de inwoner ervan?

Het nieuwe Bestemmingsplan Buitengebied 2016 is, in tegenstelling tot het huidige plan, ook digitaal beschikbaar en daarnaast leesbaarder gemaakt. Voor diverse functies zijn de ontwikkelingsmogelijkheden verruimd.

Toelichting belangrijkste afwijkingen

In onderstaand overzicht lichten we de afwijkingen in de ‘overige baten en lasten’ > € 25.000 toe.

bedragen x € 1.000

Belangrijkste afwijkingen

Verschil

Recreatie en toerisme

211 V

Reserve strategische projecten

- 129 N

Reserve Streekagenda

- 39 N

Reserve Landinrichting

- 27 N

Bruggen en oevervoorzieningen

25 V

Verkeersvoorzieningen

44 V

Huishoudelijk afval

112 V

Afvalstoffenheffing

- 51 N

Egalisatiereserve reiniging

- 61 N

Rioleringen (inclusief rioolheffing)

28 V

Rioleringsreserve

- 85 N

Ontwikkelplannen inclusief grondexploitatie

72 V

Ruimtelijke ordening, VTH en bestemmingsplannen

- 29 N

Reserve Verruiming werkgelegenheid

- 34 N

Overige afwijkingen

- 58 N

Totaal afwijkingen

- 21 N

Recreatie en toerisme, voordeel € 211.000

  • Boerestreek en Bosbelevingspad voordeel € 266.740*. In de raadsvergadering van 16 december 2014 is voor de 2e fase Boerestreek € 600.000 en voor de Belevingspad Bosberg (belevingspad) € 260.000 beschikbaar gesteld. Deze twee projecten worden volledig gedekt uit provinciale subsidies (Masterplan Appelscha). Naar verwachting ronden we de werkzaamheden 2e fase Boerestreek in 2016 af. De werkzaamheden voor het Belevingspad zijn in 2015 afgerond. We stellen voor het restantbedrag € 43.913 toe te voegen aan het krediet Masterplan Appelscha.
  • Masterplan Appelscha. Op 24 juni 2015 heeft u ingestemd met de kredietaanvraag Quickwins Masterplan Appelscha van € 810.000. Op 18 december 2015 hebben we van de provincie Fryslân een gewijzigde beschikking ontvangen voor de QuickWins project Masterplan Appelscha van € 1.670.000. De deelprojectenverbinding Boerestreek – Appelscha Hoog en het vervangen van de uitkijktoren Bosberg, zoals die verwoord zijn in deze beschikking, worden nu gedekt uit het krediet Masterplan Appelscha. In 2015 is € 129.158* verantwoord.
  • Lagere lasten gebiedsgericht beleid € 60.000. De beheersbijdrage € 18.588 voor de camping De Kale Duinen en € 20.000 voor het wandelnetwerk Zuid Oost Fryslân is verschoven naar 2016. Daarnaast is er een voordeel van € 21.000 bij Biobased Economy Streekagenda. Deze uitgaven worden gedaan in 2016.
  • Lagere lasten Streekagenda € 30.000. Projecten herinrichting Oude Willem en De regio op eigen kracht zijn doorgeschoven naar 2016.
  • Extra bijdrage (€ 10.000) Recreatieve voorzieningen StaatsBosBeheer volgens besluit AB Recreatieschap Drenthe. Omdat dit een uitspraak is van het bestuur van een Gemeenschappelijke Regeling, is het een bindend besluit. Voor 2015 moest een incidentele oplossing gevonden worden aangezien wij van een bijdrage in natura zijn uitgegaan. Voor 2016 en 2017 moet gekeken worden naar de haalbaarheid van de gekozen oplossing om € 10.000 te reserveren binnen de middelen die de gemeente beschikbaar heeft voor mensen die binnen WSW werken (natura).

Reserve strategische projecten, nadeel € 129.000*

Lagere beschikking over de reserve door de lagere lasten Boerestreek, Bosbelevingspad en Masterplan Appelscha.

Reserve Streekagenda, nadeel € 39.000

Lagere beschikking over de reserve in verband met doorschuiven van de projecten camping De Kale Duinen en wandelnetwerk Zuidoost Fryslân.

Reserve Landinrichting, nadeel € 27.000

Lagere beschikking over de reserve in verband met doorschuiven van de projecten Oude Willem en De regio op eigen kracht.

Bruggen en oevervoorzieningen, voordeel € 25.000

Lagere lasten bruggen en oevervoorzieningen € 25.000. De geplande werkzaamheden herstel beschoeiing Ravenswoud konden door oorzaken buiten de invloedsfeer van de gemeente niet starten. Dit is nu uitgevoerd in 2016.

Verkeersvoorzieningen, voordeel € 44.000

Lagere onderhoudslasten abri’s € 10.000. In 2015 wordt het onderhoud voor de abri’s door de exploitant uitgevoerd. Wij rekenden met een aantal uitbreidingen voor aansluitingen, dit is niet gebeurd in 2015.

Lagere lasten openbare verlichting voordeel € 28.000. Energielasten voordeel € 8.000, de afrekening van de energieheffing is lager dan verwacht. Lagere onderhoudslasten € 20.000, een aantal (onderhouds-) werkzaamheden maken geen deel meer uit van het nieuwe onderhoudsbestek (via de SOVF) en moeten nu separaat door gemeente wordt opgedragen. Dit betreft onder andere het periodiek schilderen van de masten, het voorbereiden van opdrachten en het toezicht op de werkzaamheden. Het is niet haalbaar gebleken om deze koerswijziging in 2015 te implementeren.

Huishoudelijk afval, voordeel € 112.000

Hogere afvoerkosten GFT-afval door hoger aantal ton (250) ingezameld afval. Dit komt o.a. door het lagere vastgestelde tarief per lediging € 1, hierdoor is het aantal ledigingen omhoog gegaan. Ook waren er hogere kosten voor de nascheiding van de drankenkartons, het totaal nadeel € 82.000. Hogere vergoedingen metaal/glas/papier € 58.000 voornamelijk door hogere tarieven. De vergoeding voor het zwerfafval was per abuis niet geraamd, voordeel € 76.000. Lagere apparaatskosten ad € 27.000.

Afvalstoffenheffing, nadeel € 51.000

Lagere ontvangen afvalstoffenheffing, nadeel € 60.000. De berekening voor de hoogte van de afvalstoffenheffing gebeurt op de volgende manier: de totale kosten minus de verwachte opbrengsten voor papier, metaal, milieustraat etc. en de verwachte opbrengsten op basis van het aantal ledigingen. Met dit saldo wordt het vastrecht berekend. Bij de berekening voor 2015 zijn niet de volledige kosten meegenomen, een verschil van € 37.000. Dit verschil wordt dus niet goedgemaakt door de opbrengst van de afvalstoffenheffing. Daarnaast zien we een plus in het aantal ledigingen ten opzichte van de geraamde aantallen. Ook is er een verschil in de geraamde aansluitingen omslag gezamenlijke percelen en vastrecht. Deze zijn in werkelijkheid lager dan waarmee rekening was gehouden bij de berekening van de afvalstoffenheffing

Door deze bevindingen is de berekening 2016 tegen het licht gehouden. Ondanks dat het aantal aansluitingen negatief afwijkt, zijn er ook positieve afwijkingen te verwachten in het aantal ledigingen. Per saldo heffen deze afwijkingen elkaar weer op.

Egalisatiereserve reiniging, nadeel € 61.000

Lagere onttrekking € 61.000. Het voordeel op de afvalinzameling heeft een lagere onttrekking van de reserve tot gevolg.

Rioleringen, voordeel € 28.000

Lagere nettolasten riolering € 92.000, dit is o.a. het gevolg van een aantal werkzaamheden die zijn verschoven naar 2016. Dit deel wordt toegevoegd aan de voorziening € 56.000 (nadeel) om de uitvoering in 2016 mogelijk te maken. Bij de uitvoering van het groot onderhoud vrijverval riolering is een aanbestedingsvoordeel (€ 85.000) behaald. In overeenstemming met de voorschriften valt dat deel vrij uit de voorziening (zie hieronder) en wordt toegevoegd aan rioleringsreserve. Als laatste wordt de dotatie aan de voorziening, onderdeel spaardeel, € 93.000 hoger.

Rioleringsreserve, nadeel € 85.000

Bij de vaststelling van het GRP 2015-2024 in maart 2015 is besloten om efficiencyresultaten toe te voegen aan de rioleringsreserve. Het aanbestedingsvoordeel (zie bij riolering) wordt toegevoegd aan de reserve.

Ontwikkelplannen inclusief grondexploitatie, voordeel € 72.000

Dit deelproduct bestaat uit vijf onderdelen. Drie onderdelen hiervan hebben invloed op het rekeningresultaat. Het eerste onderdeel is de dotatie aan de voorzieningen Niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) en Appelscha-Hoog, het voordeel hier is € 85.000. Het tweede onderdeel zijn de overige gronden en gebouwen, nadeel € 189.000. Het derde onderdeel is de mutatie in de reserve grondexploitatie (voordeel € 176.000) om het niveau te houden om mogelijke risico’s af te dekken. De andere twee onderdelen hebben geen invloed op het rekeningresultaat, dit zijn de reguliere grondexploitaties en masterplan Oosterwolde Centrum – Venekoten Noord.

1. Lagere dotatie voorzieningen, voordeel € 85.000
Uitgangspunt is dat de grondexploitatie kostendekkend is. De gemaakte netto-kosten worden toegevoegd aan de boekwaarden van de complexen. Maar als er voor complexen geen sluitende exploitatieopzet is vastgesteld door de raad, moeten we deze complexen waarderen tegen de actuele (agrarische) waarde. Dit is het geval voor de NIEGG. De voorziening Appelscha Hoog is geëffectueerd in 2015 volgens uw besluit van 21 april 2015. In de begroting was rekening gehouden met een dotatie van € 104.000. De lagere dotatie van € 85.000 wordt verklaard door:

  • Voordeel waardering complex Appelscha Hoog € 63.000. Per abuis is de begrote dotatie aan de voorziening blijven staan in de begroting. De voorziening is geëffectueerd in 2015, dat betekent dat de voorziening in 2015 is opgeheven.
  • Voordeel waardering NIEGG € 22.000. De raming hiervoor was € 41.000. Het verschil is veroorzaakt door een hogere agrarische waarde, van € 3,30 naar € 3,50 per m².

2. Overige gronden en gebouwen, nadeel € 189.000
In 2015 is de grond Harambe verkocht, maar de akte van levering is begin 2016 gepasseerd (nadeel € 103.000). Hogere lasten ontwikkeling bouwlocatie Blughut, nadeel € 77.000. Hogere lasten door asbestsanering, hogere sloopkosten, verplaatsing jeu de boulesbaan en sirenepost.

3. Reserve grondexploitatie, voordeel € 176.000*
Elk jaar wordt opnieuw het niveau van de reserve vastgesteld om mogelijke risico’s in de toekomst te dekken. Uitkomst van de berekening is dat de reserve grondexploitatie met € 176.000 kan worden verminderd.

4. Reguliere grondexploitaties (kostendekkende grondexploitaties)
De gemaakte netto-lasten worden toegevoegd aan de boekwaarde van de complexen, dit wordt dan verantwoord op de balans. De mutatie boekwaarde is de sluitpost voor de kostendekkende grondexploitatie. Hogere mutatie boekwaarde € 74.000 is het gevolg van het volgende:

  • Lagere netto-lasten € 228.000: lagere lasten complex 128 Donkerbroek West € 343.000, doordat de werkzaamheden N381 in 2015 nog niet klaar waren, is het bouwrijp maken uitgesteld naar 2016. Kosten bodemonderzoek complex industrieterrein Haulerwijk 2de fase Beute, nadeel € 27.000. De in optie genomen kavel bij het industrieterrein heeft in 2015 nog niet geleid tot een verkoop, nadeel € 110.000. Bij complex 20 Rotonde Nanningaweg en bij complex 38 industrieterrein Venekoten zijn samen twee kavels verkocht, voordeel € 78.000.
  • Hogere onttrekking van de reserve grondexploitatie € 18.000 en een hogere toevoeging aan de reserve grondexploitatie € 172.000 (toevoeging winst complex 01 Appelscha). Dit resulteert in een nadeel van € 154.000 ten opzichte van de raming.

Bovenstaande mutaties hebben per saldo geen invloed op het rekeningresultaat.

5. Masterplan Oosterwolde Centrum – Venekoten Noord*
In 2014 en 2015 zijn er kredieten (in totaal € 2.586.250) beschikbaar gesteld in het kader van het Masterplan Oosterwolde Centrum – Venekoten Noord. Een voorbereidingskrediet van € 730.000. Voor het project Groenstrook en fietsstraat Haerenkwartier/Venekoterweg een uitvoeringskrediet van € 691.250 en als laatste € 1.165.000 voor het project Stipeplein. In 2015 is € 1.321.000 uitgegeven, dit komt ten laste van de reserve Grondexploitatie. Deze mutaties hebben per saldo geen invloed op het rekeningresultaat.

Ruimtelijke Ordening, Vergunningen Toezicht en Handhaving en Bestemmingsplannen, nadeel € 29.000

De lasten voor BIOBASE zijn hier verantwoord, voordeel € 34.000. De lasten zijn gemaakt voor de voorbereiding van de aanvraag van de Europese subsidie. De resterende gelden zijn in 2016 nodig voor kosten belastingtechnisch advies en voor verdere uitwerkingen van de contracten als partners zich committeren aan het center.

Hogere lasten bestemmingsplan buitengebied, nadeel € 59.000. Bij de bestuursrapportage 2015 is de overheveling van het budget van 2014 naar 2015 deels teruggedraaid, omdat bij de jaarrekening 2014 een overschrijding was geconstateerd. Deze overschrijding is dus met de overheveling verrekend. Omdat er veel inspraakreacties en zienswijzen op het plan zijn ingediend zijn er hogere lasten geweest in 2015. Deze kosten waren op voorhand niet in te schatten. Ook de hogere advieskosten voor het opstellen van de verplichte PlanMER draagt bij aan de overschrijding.

Reserve verruiming werkgelegenheid, nadeel € 34.000

De niet bestede lasten voor BIOBASE hebben een lagere onttrekking tot gevolg. Dit komt in 2016 weer beschikbaar.

*Maakt onderdeel uit van de incidentele baten en lasten